Tweeëntwintig en een beetje was ik.
Ik wilde afvallen en startte aan een ‘1000 kcal per dag’ dieet tot ik 41 kilogram woog en geen controle meer had op het beest dat zich meester had gemaakt over mijn zijn. Ik noemde het ‘het beest’, want zo voelde het. Ik slikte 5 laxeertabletten per dag en stak drie keer per dag mijn vinger in mijn keel. Brood was lastiger dan yoghurt. Totdat mijn vriendinnen een interventie hielden. “We gaan naar de huisarts.”
Ergens voelde ik opluchting. Eindelijk werd het beest getemd.
Niet veel later opende ik de deur van de eetkliniek waar ik twee dagen per week zou verblijven. Ik werd gewogen -in mijn slipje- ónder begeleiding: 41 kilo. Instant controle over mijn beest dat er eigenlijk een paar kilo bij op wilde tellen om geen alarmbellen te doen laten rinkelen.
“Hallo, ik ben Rachelle en ik heb boulimia. Althans dat denk ik. Dat zeggen ze.” Mijn eerste zin. Twintig paar ogen.
Er ontstond een gesprek over borrelnoten en hoe lastig het is om er alleen maar een handje van te eten, gevolgd door de tip dat mosterd vet afbreekt en dat mandarijnen gemakkelijk uitgekotst kunnen worden. Die middag stond ik voor de spiegel en moest ik vertellen wat ik zag. Een kutlijf. Een lichaam dat niet deed wat ik wilde. Dat er niet uit zag zoals ik het wilde. Dat ik stom vond.
Een paar weken later was het familiedag. Niet om de schuld te geven aan je ouders, wat altijd gemakkelijker is dan in de spiegel kijken, maar om te vertellen wat er zich afspeelt in je zijn. Een kutdag. Vertellen dat je in relatietherapie bent met eten is niet gemakkelijk. Voelt kwetsbaar.
Alsof je een open wond hebt en je even daarvoor iemand zout in de handen hebt gegeven.
Na twee jaar vond ik dat ik genezen was. Ik had talloze keren voor de spiegel gestaan en was er klaar mee. De groep irriteerde me. Het geneuzel en betuttelende gedrag ook. Ik vloog uit, ondanks dat mijn vleugels wellicht nog niet helemaal geheeld waren.
Vijfenveertig en een beetje ben ik nu.
Ik wil afvallen en ben gestart met een realistische leefstijl. Geen bullshit meer. Of sneeuwvlokjes gedrag (dank aan Lot Beukers voor dit woord).
Geen gespuug meer. Of laxeertabletten die je darmen kapot maken.
Wel gepaard met af en toe wat tranen en soms wat eetbuien.
Van zelfkastijding naar acceptatie. Acceptatie voor de eetbuien en inzichten in waar ze vandaag komen en wat ze triggeren.
Of die vleugels ooit zullen helen weet ik niet.
Is niet mijn doel. Mijn doel is een gezonde leefstijl.
Leiderschap. Acceptatie en zelfliefde.
Hoera, het beest is getemd.
Wat mooi dat je dit deelt…. je woorden raken me, al weet ik niet hoe dat gevoel is (in dit leven) mbt je verhaal… mooie open ziel ben je, blijf wie je bent ❤
♥️